Utrecht - Korte Nieuwstraat 12 - gesloopt 19610000.0011

 

 Literatuur

 

- Haslinghuis, E.J., De Provincie Utrecht. Eerste stuk: de gemeente Utrecht, eerste aflevering. Deel in de serie 'De Nederlandse Monumenten van Geschiedenis en Kunst'. 's-Gravenhage (Staatsdrukkerij- en uitgeverijbedrijf), 1956. [144 blz. ISBN -]. Hierin "Korte Nieuwstraat-Hamburgerstraat. Het Paleis van Justitie": blz. 102-106  (Hierin op blz. 103: foto met als bijschrift "Laat-goth. poortje achter Hofpoort". Op blz.: "Een vroeger poortje [dan het poortje uit 1660 - jp0908] (afb. 73) in de westelijke muur van het binnenplein heeft misschien bij de St. Paulusabdij behoord")

- Dolfin, Marceline J. & E.M. Kylstra & Jean Penders, Utrecht, De huizen binnen de Singels. Deel A: Beschrijving. Deel in de serie 'De Nederlandse Monumenten van Geschiedenis en Kunst' hierin: 'De provincie Utrecht', De gemeente Utrecht', deel IIIB. 's-Gravenhage (SDU), 1989. [524 blz. ISBN 90.12.05874.0 / 90.12.05876.7(set)]. Hierin: blz. 275

- Kolks, Zeno & Ben Kooij, "De kerk van de Allerheiligste Drieëenheid in Oldenzaal, bekroning op het omvangrijke oeuvre van architect Wolter te Riele". In: Bulletin KNOB [ISSN: 0166.0470], 2008-nr 3 [jrg 107], blz. 101-125. (Hierin op blz. 103 foto van poortje met als bijschrift: "Utrecht, Korte Nieuwstraat 12, toegang tot het kantoor van Wolter te Riele Gzn., foto gemaakt tussen 1920 en 1935. Het pand met poortje is ná WO II gesloopt t.b.v. uitbreiding van de rechtbank (Hogendijk, RACM)")

- Temminck Groll, C.L., "Vondsten en restauraties". In: Maandblad Oud-Utrecht, 1963, blz. 85-90. Hierin over de Korte Nieuwstraat: blz. 85 ("In de zomer van 1961 kon na de sloop van enkele huizen aan de Korte Nieuwstraat nog een onderzoek worden ingesteld door prof.dr. J.H. Jongkees. Dit bracht o.m. enige tegelvloeren van de kloostergang aan het licht. In de eerste maanden van 1962 werd de bouwput gegraven voor de langs de Korte Nieuwstraat te bouwen vleugel van de rechtbank. Het was een verrassing dat hierbij nog een deel van de zuidwesthoek van de romaanse St. Pauluskerk te voorschijn kwam. Niet alleen funderingen werden aangetroffen, maar ook nog opgaand muurwerk tot een hoogte van circa zes meter in de aangrenzende huizen [...]" Volgt beschrijving van de vondsten - dit is de relevante tekst volledig).

- Zwarts, Jac., "De oudste geschiedenis der joden te Utrecht". In: Jaarboek Oud-Utrecht, 1929, blz. 99-112. Hierin: blz. 112 (Op 18-05-1792 werd het de joden, die zich sinds 1789 in Utrecht mochten vestigen, toegestaan hun synagogedienst te houden 'in een hunner woninge'. "De Synagoge werd toen gehouden ten huize van den heer Isaac Eliezar van Lier, Parnassijn te Maarssen, en wel in het ruime perceel Korte Nieuwstraat, thans no 12 (zijde Gerechtsgebouw). In de ruime vertrekken en suite was genoegzame ruimte voor synagogedienst, hoewel er voor afgescheiden vrouwenplaatsen geen genoegzame gelegenheid aanwezig was. Tot het najaar van 1792, dus drie jaar lag, is in deze stille straat, die evenwel in het stadscentrum lag, de Utrechtsche synagoge gehouden, ongeacht de diensten in de Boterstraat tijdens de Jaarmarkt.") 12).